In zee

De vakantie aan zee duurt vier dagen. Er zijn geen sanitaire voorzieningen. Er zijn überhaupt geen voorzieningen, op het paviljoen na. Gelukkig is Parangtritis vlakbij; daar is water. Koken doen ze zelf, met de meegebrachte spullen.

De middag van aankomst gaat iedereen naar de zee kijken. Behalve Lie Kim Djoe; hij gaat jagen. Op de heenreis had hij niets geschoten; nu komt hij met twee duiven terug. ’s Avonds na het eten – bij toerbeurt: eerst de mannen, dan de vrouwen, ten slotte de bedienden – treedt de danseres op. Het gezelschap vindt anders dan Ko Ho Sing de danseres, Tandjoeng, bepaald onknap. Maar zingen kan ze, en ze heeft een mooie stem. Ze danst volgens de Solose stijl, want daar komt ze vandaan.

Het is na middernacht als iedereen gaat slapen, de mannen voor, de vrouwen achter, op de meegebrachte matten; Ko Ho Sing en zijn broer in het middenvertrek op de sofa. Voor de veiligheid zorgen drie mannen uit Parangtritis, onder leiding van de man die de sleutel van het paviljoen heeft. Als een van hen in slaap valt, schudt hij hem wakker. Ko Ho Sing is gerust.

Voor het ontbijt de volgende ochtend is er thee en koffie met brood en ham. Lie Kim Djoe eet pap en koek. Er is mèlek nèng blèk (‘melk in blik’) voor Jok Gwat want hij drinkt melk met koffie, koffie verkeerd dus. De eerste verkoopsters doemen op. Ook in 1882 had je die. Om tien uur is er weer een dansvoorstelling. Nu wordt er ook met Tandjoeng gedanst, maar alleen door dorpelingen die zijn komen kijken. Normaal geef je de danseres een fooi. Van de fooien van de Parangtritenzers wordt Tandjoeng volgens de verteller niet rijk.

Terwijl de anderen binnen naar het dansen kijken, neemt Lie Kim Djoe een duik in zee. Het wekt de nieuwsgierigheid van Ting Nio (echtgenote 1) als zij hem nat ziet terugkomen. Zwemmen, in zee? Dan opeens: ‘Had dat gezegd!’ Zij wil ook. ‘Ha, dat had je niet verwacht, wel?’ roept ze tegen de verblufte Kim Djoe – wij ook niet, eerlijk gezegd. Samen gaan ze weer naar zee. De anderen zien dat en willen nu ook. Maar niemand durft zo ver als Kim Djoe en Ting Nio. Dolle pret. Tot er een van die reuzegolven aan komt zetten waar de zee bij Parangtritis berucht om is. Dan vlucht iedereen terug naar het strand.


Copyright © 2024 Willem van der Molen