Ho Sings leerjaren

Oei Wat Njo is nu in korte tijd drie keer verhuisd: eerst van Djono naar Magelang, noodgedwongen, vervolgens in Magelang van één huis naar een ander in de Javaanse wijk, en dan nog een keer naar de Chinese wijk. In het laatste huis blijft ze. De drie kinderen die ze na Ho Sing krijgt, worden allemaal hier geboren en groeien, evenals hij, hier op: de meisjes Hok Njo (1829) en Ljang Njo (1835) en nog een jongetje, Tjoe Sing (1837).

Ko Go Hé Té verblijft in de dorpen waar hij de opiumverkoop pacht. Hij woont nergens lang, soms alleen luttele maanden. Het maximum is twee jaar. Van Trajem verhuist hij naar Pandéan (waar zijn huis afbrandt), vandaar naar Menorèh, dan naar Ponalan. Hij neemt een assistent, O Tjin – die partner wordt –, en een knecht, Setro. Simah verhuist steeds mee. Ze hadden al een zoon, Gi Sing. In 1837 krijgen ze een dochter, Kim Njo.

In deze tijd komt Ho Sing meer in beeld. Vader en moeder hebben elk hun eigen opvattingen over zijn vorming. Wanneer Ho Sing negen is, in 1834, stuurt Wat Njo hem naar meester Lim Hi. Drie jaar later, in 1837, zet Go Hé Té zijn zoon aan het werk. Hij is dan twaalf. Vader geeft hem een eigen stek om opium te verkopen, in Ngradjek. Die onderneming is geen lang leven beschoren; nog in hetzelfde jaar 1837 neemt iemand anders het over. Ho Sing keert terug naar Magelang, waar zijn moeder hem opnieuw naar de meester stuurt; deze keer naar Lim Tjoen Nwan.

Onderwijs in Nederlands-Indië? Dat was er in deze tijd niet, volgens de historici. Bovendien, Magelang was een gat van niets. Toch werd daar blijkbaar onderwijs gegeven; je had zelfs keus. Dat mag wel bijzonder heten. Jammer dat de tekst er niet meer over loslaat.

Curieus is het woord voor ‘leren’, ngadji. Dat suggereert ‘uit het hoofd leren, leren opzeggen’, van heilige geschriften: de Weda’s in de hindoetijd, de Koran in de moslimse tijd. Leerde Ho Sing soms godsdienstige teksten van buiten? (Uit de Chinese canon?) Of bezigt de dichter deze term bij gebrek aan een neutraal woord voor ‘leren’?


Copyright © 2025 Willem van der Molen