Amatsoerjo

Op een kwade dag verschijnt er een zekere Amatsoerjo in Ponalan, het dorp waar Ko Go Hé Té op dat moment resideert. Het is iemand zonder vaste woon- of verblijfplaats, die van roven en stelen zijn beroep heeft gemaakt.

Aanvankelijk is er geen reden tot argwaan. Amatsoerjo maakt zijn opwachting bij de opiumkit en wordt met de gebruikelijke égards ontvangen. Daar hoort ook een maaltijd bij, met thee en koffie. Voordat hij aan de opium begint – lees: hij is nog helder –, ontwaart hij Simah. Hij valt als een blok voor haar, en zij voor hem.

Ze beginnen een verhouding, die niet verborgen blijft voor Ko Go Hé Té. Het loopt uit op een zo heftige twist met Simah dat Setro, de knecht, ingrijpt.

Op een nacht staat er een klant voor de deur te roepen: hij wil opium. Als Setro opendoet, wordt hij neergestoken; door wie, kan hij niet zien. Omdat Go Hé Té direct ter plekke is, wordt erger voorkomen. Hij weet zeker wie de dader is. Op zijn aanwijzingen wordt Amatsoerjo gearresteerd. Alleen, er is geen bewijs, er zijn geen getuigen. Het districtshoofd (de wedono) laat Amatsoerjo weer gaan.

Ko Go Hé Té haalt nu Ho Sing uit Magelang naar Ponalan, terwijl hij zelf naar Rabéanak verhuist. Setro blijft in Ponalan, Simah gaat mee naar Rabéanak. Het is 1839.

Wie ook naar Rabéanak verhuist, is Amatsoerjo. Go Hé Té besluit zich van Amatsoerjo te ontdoen. Hij neemt een huurmoordenaar in de arm voor ƒ 25; de afspraak wordt bezegeld met een volledig verzorgd onthaal in de opiumkit. De man, Sawidjaja geheten – ‘Succes Verzekerd’; presentatie is het halve werk, ook in 1839 –, wordt naar Ho Sing gestuurd, met een briefje waarin staat dat Ho Sing hem ƒ 25 betalen moet voor de te plegen moord. Dat zal wel bedoeld zijn als dwaalspoor voor de politie: de jongen staat immers overal buiten.

Ko Go Hé Té gaat vervolgens bij zijn vrouw in Magelang langs om zijn hart te luchten. Wat Njo schrikt van zijn voornemen. Je kunt toch niet zo maar iemand ombrengen? Zo’n daad zal zich wreken aan zijn kinderen en kleinkinderen. Ze bezweert hem er van af te zien. Beter kan hij Simah wegsturen; de twee kinderen mogen wel bij haar. Zijn bezwaar, dat hij al betaald heeft, wuift ze weg met een relativerende opmerking over bezit. Ten slotte geeft Go Hé Té toe.


Copyright © 2025 Willem van der Molen